Mijin Mooie Tuin

Tuinonderhoud in het voorjaar

Bij de eerste warme zonnestralen komt niet alleen de natuur tot leven. Ook tuinbezitters kunnen nauwelijks wachten tot ze weer in de tuin aan de slag kunnen. Dit is een goed moment om grotere apparaten en belangrijk tuingereedschap na te kijken en alvast een begin te maken met het snoeien van bomen en struiken. Het gazon vraagt aandacht en de eerste voorjaarsbloeiers dienen zich aan.

Nu hebt u nog voldoende tijd om een goede hark, een scherpe tuinschaar en andere handige tuinartikelen zoals een tuinafvalzak te kopen, zodat u, als de tijd daar is, eindelijk aan de slag kunt.

Zaaitips:

• Vorstkiemers en koudekiemers mogen in maart al worden ingezaaid.

• Deze hebben lage temperaturen nodig om te kunnen kiemen.

• Bekende gewassen voor de moestuin zijn bieslook, daslook en veldsla.

• Laatstgenoemde is bovendien een perfecte voorvrucht, omdat hij snel groeit en met zijn wortels de grond los maakt.

• Er zijn ook een- en meerjarige bloemen waarvan de zaden en kiemen goed bestand zijn tegen de kou. Voorbeelden hiervan zijn viooltjes, primula's en bosanemonen.

• Dit zaaigoed kunt u gewoon ter plaatse dun op de grond uitstrooien.

• Zo nodig kunt u de kiemplantjes later nog uitdunnen.

• Belangrijk bij het inzaaien van dergelijk zaaigoed is wel dat de bodem niet te nat is, zodat het zaad niet verrot en goed kan opkomen.
  

• Bij andere planten is het juist zaak om ze wel in het vroege voorjaar te zaaien, maar pas na IJsheiligen buiten in de volle grond te planten.

• Sommige bloemen kunnen al in de kas of in een kweekbak op de vensterbank worden gezaaid.

• Populaire eenjarige planten zijn bijvoorbeeld leeuwenbekjes, asters, afrikaantjes en zonnebloemen.

• Wie het leuk vindt om zelf meerjarige planten te kweken, kan daar ook het beste in maart mee beginnen.

• Geschikt voor een vroege zaai zijn bijvoorbeeld de lampionplant, bruidssluier en het duizendblad.
  

• Wat ook heel leuk is om te doen is zelf groente verbouwen.

• Tomaten, komkommers en meloenen, kool en sla zet u de eerste weken in de vensterbank of de kas.

• Zodra de zaailingen tevoorschijn komen en die de eerste blaadjes hebben gevormd, moet u ze voorzichtig pikeren.

• Hierbij trekt u de zwakkere plantjes uit het substraat, zodat de andere plantjes voldoende ruimte hebben om verder te groeien tot ze sterk genoeg zijn om naar een eigen pot te verhuizen.

• U kunt deze planten het best na IJsheiligen, in het zuidelijke deel van het land misschien al wat eerder, in de volle grond zetten.

Tipps zum Ansäen:

• Frostkeimer und Kaltkeimer dürfen im März bereits in den Boden (Schnittlauch, Bärlauch und Feldsalat)
  Extra-Tipp: gleichzeitig die perfekte Vorfrucht: er wächst schnell und macht durch seine Wurzeln den Boden locker
  

• Auch ein- und mehrjährigen Blumen wie Alpenveilchen und Veilchen, Schlüsselblume und Buschwindröschen schadet ein Kälteeinbruch nicht
  

• Saatgut der Blumen oder des Gemüses dünn ausbringen, bei Bedarf später die Keimlinge vereinzeln
  

• Wichtig: Voraussetzung für eine Direktsaat ist allerdings, dass der Boden nicht allzu nass ist, damit die Samen nicht faulen, sondern gut aufgehen
  

• Bei anderen Pflanzen ist es jedoch wichtig, dass sie zwar im zeitigen Frühjahr ausgesät werden, aber erst nach den Eisheiligen ins Freie kommen.
  Löwenmaul und Astern, Tagetes und Sonnenblumen dürfen bereits im Treibhaus oder im Anzuchtbehälter auf der Fensterbank in die Erde
  

• Für die frühe Anzucht von mehrjährigen Blumen wie beispielsweise Lampionblumen, Schleierkraut und Schafgarbe ebenfalls im März starten
  

• Gemüsepflanzen wie Tomaten, Gurken und Melonen, Kohl und Salat sind in den ersten Wochen gut auf dem Fensterbrett oder im Treibhaus aufgehoben
  Ins Freie dürfen diese Pflanzen dann am besten nach den Eisheiligen, in milden Regionen wie Weinbaugebieten auch schon früher
  

• Im Früh- und Hochbeet kann das Gartenjahr zeitiger beginnen - der Boden erwärmt sich schneller, sodass nicht allzu empfindliche Gemüsepflanzen wie Treib- und Schnittsalate bereits in den Garten dürfen
  Extra-Tipp: einer Abdeckung für das Frühbeet schützt vor zu intensiver Sonneneinstrahlung und vor kalten Nächten
  

• Sobald das Wachstum sichtbar einsetzt, darf auch zum ersten Mal mit reifem Kompost oder Langzeitdünger gedüngt werden

Maart: de tijd om te verpotten:

• Met name kuipplanten kunnen nieuwe grond en voedingsstoffen nu goed gebruiken.

• Maar ook voor veel kamerplanten begint het groeiseizoen weer in maart.

• Groeit de plant uit de pot, kies dan een nieuwe die slechts één maat groter is, veel groter is niet nodig.

• Door te draaien en te kloppen komen de oude, droge wortels gemakkelijk los uit de pot.

• Schud vervolgens de aarde eraf en knip beschadigde en droge wortels weg.

• Voor potplanten is het uitermate belangrijk dat het water goed kan wegkomen.

• Leg bij potten met gaten aan de onderkant potscherven of korrels onderin om te voorkomen dat de gaten verstopt raken en geen water meer doorlaten.

• Breng de nieuwe grond voorzichtig rondom de wortels aan.

• Druk de grond vervolgens met de vingers licht aan en geef de plant veel water.

• Kuipplanten mogen binnenkort op warme dagen al kort naar buiten of in de kas.

• Let er wel op dat u ze in de halfschaduw zet; de zonkracht kan zelfs voor tropische planten in maart al te sterk zijn.